25 april 2024
Dit zijn de rechten en plichten van de ondernemingsraad
- De positie van de ondernemingsraad ten aanzien van werkdruk is in de Arbowet en de Wet op de ondernemingsraden (WOR) geregeld. De ondernemingsraad heeft op dit gebied niet alleen rechten, maar ook de verantwoordelijkheid om actief mee te denken en te beslissen over regelingen voor goede werkomstandigheden!
- De OR hoort de naleving te bevorderen van de wettelijke voorschriften op het gebied van de arbeidsomstandigheden (artikel 28 WOR). De raad hoort zich dus hard te maken voor goed beleid tegen werkdruk.
- De OR heeft recht op overleg met de werkgever. Naast het algemene overlegrecht (artikel 23 en 24 WOR) beschikt de OR over een specifiek overlegrecht over het beleid ten aanzien van psychosociale arbeidsbelasting (artikel 12 Arbowet).
- Als de werkgever een regeling op het gebied van de arbeidsomstandigheden (zoals de RI&E en het plan van aanpak) wil invoeren, wijzigen of intrekken, heeft de OR instemmingsrecht (artikel 27 WOR). De OR kan dit recht benutten om aandacht te vragen voor werkdrukrisico’s.
- Wil de werkgever een belangrijke wijziging doorvoeren in de organisatie van de onderneming of de verdeling van bevoegdheden, dan heeft de OR adviesrecht (artikel 25 WOR). De raad kan dit recht benutten om werkdrukrisico’s bij de besluitvorming te betrekken.
- De OR heeft recht op informatie over het sociale beleid dat de werkgever voert (artikel 31b WOR). Hier valt ook werkdrukbeleid onder. Verder kan de raad altijd vragen om informatie die hij nodig heeft om zijn taken goed te vervullen (artikel 31 WOR).
- Komt de werkgever zelf niet met maatregelen tegen werkdruk, dan kan de OR altijd zijn initiatiefrecht benutten om zelf voorstellen te doen (artikel 23 lid 3 WOR)