BHV oefenen met je team: zo pak je het aan
Als het goed is, worden er van tijd tot tijd BHV- of ontruimingsoefeningen voor jullie georganiseerd. Oefenen is bedoeld om routine te ontwikkelen, zodat iedereen meteen de goede handelingen verricht als de nood aan de man is. Maar hier kun je als team ook aan werken buiten de georganiseerde oefeningen om. Hieronder lees je hoe.
- Oefen geregeld droog. Je kunt heel laagdrempelig oefenen door je samen een situatie voor de geest te halen. Bekijk en bespreek met het hele team wat ieder dan zou doen. Dit hoeft niet lang te duren: 5 tot 10 minuten er even bij stilstaan maakt al dat je ‘getraind’ blijft. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de tabletop methode.
- Betrek de cliënten. Afhankelijk natuurlijk van hun mogelijkheden, betrek de cliënten bij het oefenen. Zo ervaar je wat ze zelf kunnen, wat zij kunnen bijdragen en ook welke aandacht je tijdens de noodsituatie moet geven.
- Houd het tempo hoog. In een echte noodsituatie is er niet veel tijd om actie te ondernemen. Zorg dus dat je hier bij (droog) oefenen bij aansluit. Laat een stopwatch of timer meelopen en kijk bijvoorbeeld eens hoeveel tijd het kost om met een bed naar buiten te rijden (als dat aan de orde is). Kijk wat ieder onder deze tijdsdruk het beste lijkt om te doen. Neemt iedereen dezelfde beslissingen? Waar letten de collega’s op, wat zijn hun gedachten daarbij?
- Bespreek wat de drempel is om in actie te komen. Reageert iedereen hetzelfde op situaties waarin het mis kan gaan? Wat weerhoudt collega’s om alarm te slaan of actie te ondernemen?
- Doe je voordeel met praktijkvoorbeelden. Heb je moeite om noodsituaties te bedenken, of ben je bang dat ze niet realistisch genoeg zijn? kijk dan eens naar deze knelpunten bij instructies en oefeningen. Of doe je voordeel met deze toelichting voor de instructeur/BHV’er.
BHV oefenen met de tabletop oefening
Een ‘live’-oefening is natuurlijk het beste, maar droog oefenen is zeker waardevol. Een mooie manier om dat te doen is door een plattegrond van de afdeling of het gebouw op tafel te leggen en vervolgens dit als een soort van spelbord te gebruiken om te kijken wat er bij een noodsituaties te doen is. Zorg dat alle betrokkenen, zowel medewerkers, cliënten als degenen die buiten de afdeling een rol vervullen ‘op het bord’ meedoen.
Kijk eerst ‘hoe het zou moeten gaan’ en ga dan ook een keer situaties na waarbij er dingen niet lopen als verwacht: ‘wat als de hulp niet reageert bij de oproep…, wat als een cliënt niet op de plaats is waar je hem verwacht of niet meewerkt zoals je had verwacht..’. Overleg met de BHV over scenario’s om te oefenen.